APPENDIX G EULOGY FOR HENDRIK A. LORENTZ AT THE UNIVERSITY OF LEYDEN Published in Nieuwe Rotterdamsche Courant, 11 February 1928, EE, sec. B, p. 1. The eulogy was given on 10 February 1928. Lorentz † De rede van professor A. Einstein, gisteren te Leiden uitgesproken in het Groot-Audito- rium. Wij staan hier, aldus ving spr. zijn rede aan, verpletterd onder het groote verlies, dat wij allen geleden hebben. Hendrik Antoon Lorentz is zoowel de edelste en krachtigste persoonlijkheid, als de grootste en sterkste mensch, dien ik gekend heb. Het is heel moeilijk hem op de juiste wijze te schetsen, maar ik heb het gewaagd het woord te nemen, omdat ik van meening ben, dat iedereen alles in het werk moet stellen, om aan hen, die verder van Lorentz verwijderd staan, de groote persoonlijkheid, die hij was, te toonen. Over Lorentz als mensch, als hoogleeraar en als burger, aldus vervolgde spr., wil ik niets zeggen: dat voelt gij allen dieper, dan ik het zou kunnen zeggen. Ik wil slechts spreken van zijn grootheid in het rijk der gedachte. Zijn werk is een kunstig gebouw, bestaande uit vele fijne eenheden, die slechts te begrij- pen zijn voor hen, die in de diepten van onze wetenschap doordringen. Doch ook voor hen, die verder af staan, is het belangrijk te weten, welke plaats Lorentz inneemt in het uitgebreide gebied van de ontwikkeling van de wetenschap. Ik wil vertellen, aldus ging spr. verder, hoe ik den ontwikkelingsgang zie van de ideeën- vorming van vóór het optreden van Lorentz tot den laatsten tijd hoe de stand der theorieën was vóór en na Lorentz, en wat hij daaraan veranderd heeft, want juist daarin ligt zijn groot- ste levenswerk. In één zin samengevat, kan worden vastgesteld, dat Lorentz heeft aangetoond, hoe de ideeën van Maxwell omtrent electrische en magnetische kracht en de voortplanting ervan in ruimte en tijd, met de materie samenhangen.